Valsheid in geschrifte
Valsheid in geschrifte
De delictsomschrijving van valsheid in geschrifte (art. 225 Sr) kent meerdere verschijningsvormen. Zo is het mogelijk om een bestaand geschrift opzettelijk te vervalsen, bijvoorbeeld door het aanpassen van factuurbedragen, het zetten van een handtekening, het invullen van onjuiste gegevens en/of het weghalen van gegevens. Ook kan een geschrift opzettelijk valselijk worden opgemaakt. Het gaat dan om een nieuw geschrift, bijvoorbeeld een factuur of een (notariële) akte, dat volgens het Openbaar Ministerie in strijd met de waarheid tot stand is gekomen.
Niet alleen het vervalsen of vals opmaken van geschriften is strafbaar, ook het gebruik maken van deze geschriften of het enkel in bezit hebben van deze geschriften is strafbaar gesteld. Denk daarbij aan het doorsturen van een geschrift waarvan u vermoedt dat het niet geheel de waarheid behelst, of het (mede) ondertekenen van een vermoedelijk vals geschrift.